Proza 

De teksten en beelden van Mirthe van Doornik zijn verhalen, reportages, interviews en foto's met een specialisatie op het gebied van muziek, kunst, cultuur, mens en maatschappij. Elke tekst is geschreven vanuit een brede interesse voor bijzondere en ongewone mensen, plekken, verzamelingen en situaties.

Wasabinootje.

Foto © Mirthe van Doornik

Foto © Mirthe van Doornik

Wasabinootje.  

In de schaduw naast de tafel zie ik ons zitten. Lange figuren met hoofden als punteieren. De ober loopt vreemd alsof er een steentje in zijn schoen zit. Hij schenkt champagne, de bubbels schieten in het glas omhoog. Jouw parfum ruikt naar slagroomtaart. 

Als we later groot zijn vinden we onszelf waarschijnlijk terug op deze plek. En ondanks gesloten ramen, valt de zon net zo makkelijk weer binnen. Het zal een heldere dag zijn, ergens tussen de winter en de lente in. Zo’n dag met een belofte. Jij zal een bontjas dragen, of een nerts om je nek. Ik ben dan je vrouw, en zo zal ik kijken.

We zullen uit het raam turen. Ten slotte zal jij weemoedig opmerken dat Europa haar charme heeft behouden. We zijn geëmigreerd, naar een warm en comfortabel land. Ik weet nog niet waarvoor we terug zijn gekomen. Mogelijk omdat ik mijn gebit wil laten restaureren. Die dingen hoor je wel eens. Helaas, ik zal een slecht gebit hebben en jij nog maar heel dun haar.

Met de handen in mijn nek staar ik naar het plafond. Een hoog plafond met in het midden een soort kapelletje, misschien wel vijftien meter bij ons vandaan. En daartussen ruimte van niets. De bubbels buitelen in mijn hoofd, bijna verslik ik me in een wasabinootje. Als we later oud zijn zal ik me ook verslikken. Onhandig tot het eind. We zullen water bestellen, plat water, als een zee zonder golven. 

Ik zal naar jou kijken. Het doorschijnende haar, de nerts afgepeigerd om je nek, de voorjaarszon op je bleke, bijna doorzichtige wangen. Misschien zal de dichter Nijhoff door mijn hoofd spoken: Laten we niet meer denken aan wat was. God heeft met ons gedaan wat hij wilde. Ja. God. Of. Iets. 

 
Mirthe van Doornik